TerraCarta Milieu verricht ballastonderzoek conform ‘Protocol onderzoek spoorwegballast’ uit de ‘Handreiking hergebruik en verwerking vrijkomende spoorwegballast’ van ProRail BV, juni 2019, documentnummer RLN00243-V006.

Waarom ballastonderzoek?

Bij werkzaamheden aan het spoor komen jaarlijks enkele honderdduizenden tonnen aan spoorwegballast vrij. Voorafgaand aan de werkzaamheden wordt inzicht vereist in de civieltechnische- en milieuhygiënische kwaliteit van de spoorwegballast ten behoeve van:

  • Hergebruik van spoorwegballast als spoorwegballast binnen dezelfde locatie. Hierbij gaat het met name om horren en in mindere mate om on-site-zeven (‘hergebruikte ballast’).
  • Hergebruik van spoorwegballast als spoorwegballast via een verwerker (‘gerecyclede ballast’). Hierbij gaat het om het toepassen van gebruikt spoorwegballast na bewerking.
  • Hergebruik van spoorwegballast op een andere manier (niet zijnde spoorwegballast) via een verwerker.
  • Het afvoeren van vrijkomend ballastmateriaal naar een verwerker.

 

Hoe gaat een ballastonderzoek in zijn werk?

Allereerst wordt middels een vooronderzoek de milieuhygiënische kwaliteit vastgesteld van het af te voeren ballastmateriaal zodat de Eural-code (afvalstoffencode) bepaald kan worden. Tevens wordt bepaald of de standaard onderzoeksinspanning volstaat of de optionele onderzoeken ‘Vaststellen Eural-code’ en/of ‘Vaststellen kwaliteit onderliggend baanlichaam’ nodig zijn.

Verspreid op het spoor, bij overwegen en in wissels worden proefgaten gegraven en bemonsterd middels een cilinderboor, tenzij dit vanwege aanwezige ondergrondse infrastructuur niet mogelijk is of tot ongewenste risico’s leidt. In die gevallen wordt volstaan met monstername door middel van een trekriek en ballastschop.

Een ballastonderzoek bestaat uit een civieltechnisch- en milieuhygiënisch onderzoek. Met civieltechnisch onderzoek wordt de gradatie (zeeffractieverdeling) van het ballastmateriaal bepaald. Zeving van de ballastmonsters vindt plaats in eigen beheer door TerraCarta Milieu. De ballastmonsters worden gedroogd en gezeefd in acht fracties en de zeefresultaten worden getoetst aan de Productspecificatie SPC00033-V006 ‘Toeslagmaterialen voor spoorwegballast’ van ProRail BV, juni 2019. Om inzicht te verkrijgen in de hoekigheid van het materiaal, dat mogelijk in aanmerking komt voor hergebruik, wordt tevens het materiaal >30mm gefotografeerd en gerapporteerd.

Het milieuhygiënische onderzoek bepaalt de verontreinigingsklasse van het ballastmateriaal. Na voorbehandeling conform AS3000 wordt de fijne fractie (0-2mm) van het ballastmateriaal door een erkend laboratorium geanalyseerd op het NEN-grond-pakket, aangevuld met arseen, chroom en PFAS. Deze analyseresultaten worden indicatief getoetst aan de Circulaire bodemsanering 2013 voortkomend uit de Wet bodembescherming en aan de toepassingsnormen van het “Tijdelijk handelingskader voor hergebruik van PFAS-houdende grond en baggerspecie”. Tevens kan er indicatief getoetst worden aan de CROW 400 en aan de Europese afvalstoffenlijst (Eural).

Bent u benieuwd wat TerraCarta Milieu voor u kan betekenen?

Neem contact met ons op, wij staan u graag te woord.

Telefoonnummer: 0528 – 234 406

E-mail: info@TerraCarta.nl